Blaren zijn kleine zakjes gevuld met vocht, die net onder de huid zitten. Ze ontstaan door continue wrijving of druk op één plek. Het letsel zelf is niet meer of minder dan een natuurlijke pleister. Je kan het bekijken als een soort airbag, gevuld met vocht, die de huid zelf aanmaakt om het onderliggende weefsel te beschermen.
Een blaar beschermt en isoleert de huid dus. En ze doet pijn, waardoor je zelf geneigd bent om te stoppen met dat wat de blaar veroorzaakt (in dit geval wandelen). Ook dat voorkomt verdere beschadiging. Het vocht in de blaar is bloedplasma (bloed zonder rode bloedcellen), dat bijdraagt aan het herstel. Rood vocht in een bloedblaar betekent gewoon dat de haarvaatjes in de buurt van de blaar ook beschadigd werden. Geen reden tot paniek dus!
Er zijn drie factoren die blaren in de hand (of ja, in de voet) werken:
• Druk: een stukje van je wandelschoen dat knelt of een rimpeling in je sok kan al genoeg zijn om een extra drukpunt te creëren.
• Directe wrijving: wrijving ontstaat daar waar iets je huid raakt en heen en weer wrijft. De hiel van je wandelschoen bijvoorbeeld. Soms zijn je schoenen een een maat te groot of te klein, of matcht de pasvorm gewoon niet met de vorm van je voet. Het gevolg: wrijving. Uiteindelijk zal je bovenste huidlaag loskomen en zal er vocht verschijnen.
• Vocht: op je voeten zitten meer zweetklieren dan waar dan ook op je lichaam. Het (niet) dragen van (de juiste) sokken kan voor een teveel aan zweet zorgen. In combinatie met de beweging van je voet leidt dit tot wrijving. Door vocht of zweet wordt je huid trouwens zachter en dus des te kwetsbaarder voor wrijving.
Toch hebben blaren ook een voordeel. Je huid activeert een natuurlijke beschermingsreactie: eelt. Je huid wordt dikker en steviger, wat weer helpt om nieuwe blaren te voorkomen!
De drie belangrijkste oorzaken van blaren zijn druk, wrijving en vocht. Wil je blaren voorkomen, besteed dan extra aandacht aan die drie boosdoeners. Dat doe je zo:
Hello captain obvious, maar toch is dit écht belangrijk. Let bij het passen van een nieuw paar wandelschoenen op de drukpunten. Voel je dat de schoen ergens niet goed zit, bij je kleine teen bijvoorbeeld? Tijdens een lange wandeling kan dit kleine pijntje een groot ongemak worden. De maat en pasvorm van je schoenen zijn dan ook van groot belang. Te klein en ze zorgen voor te veel druk, te groot en je voeten kunnen gaan schuiven.
Vooral leren schoenen moet je voor je tocht goed inwandelen. Door de warmte en druk zal de schoen zich vormen naar je voet, waardoor ze letterlijk als gegoten gaan zitten.
Door je veters op een bepaalde manier te rijgen, voorkom je heel wat ongemakken zoals knellende tenen, drukpunten en dus ook blaren. Neem je tijd om de rijgmethode te zoeken die voor jou het beste werkt.
Het is belangrijk dat wandelsokken je zweet goed afvoeren, zodat je geen natte voeten krijgt. 100% katoen is echt een no-go, omdat het net lang vocht vasthoudt. Kies voor een synthetisch materiaal of merinowol. Weet je van jezelf dat je zweetvoeten hebt? Kies dan voor sokken (en wandelschoenen!) die extra goed ademen.
Zelfs de meest geavanceerde sokken worden na verloop van tijd vochtig. Het is dan ook geen overbodige luxe om een extra paar mee te nemen, zodat je je vochtige paar onderweg kan wisselen en op droge voet verder kan.
Strooi talk of voetpoeder over je voeten voor je vertrekt om je voeten droog te houden. Het poeder absorbeert vocht, droogt je voeten, verkoelt de huid en voorkomt blaren en een branderig gevoel. Als je onderweg van sokken wisselt, vergeet het poeder dan niet opnieuw te gebruiken.
Door pijnpunten preventief af te plakken met tape of een blarenpleister blijf je blaren een paar stappen voor! Dit vermindert de druk en wrijving op het pijnpunt waardoor een blaar zich minder snel zal vormen.
Heb je last van vervelende drukplekken, opkomende blaren of andere ongemakken op je voeten? Wikkel er dan een pluk wandelwol omheen. Deze schapenwol helpt blaren voorkomen en druk te verlichten. Bovendien is de lanoline (het vet in de wol) zacht voor je voeten!
Ga je vaak wandelen en draag je al de juiste wandelschoenen, degelijke sokken en de ideale inlegzolen, maar heb je toch last van blaren? Dan is je voeten regelmatig inspuiten met kamferspray, een speciale voetspray, het beste wat je kan doen om de huid van je voeten steviger te maken. Verwijder ook regelmatig overtollig eelt, houd je nagels kort en hydrateer je voeten voldoende met een vochtinbrengende crème.
Voor je je blaren te lijf gaat, is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen kleine blaren waar je (nog) niet veel last van hebt, grote blaren die echt pijn doen en open blaren.
Kleine blaren plak je af met speciale blarenpleisters. Deze pleisters bevatten (vaak) licht pijnstillende stoffen en een materiaal dat vocht aantrekt, waardoor de blaar als het ware wordt leeggezogen. Laat de pleister gewoon zitten tot hij vanzelf loslaat, probeer hem nooit los te trekken. Blijven de randjes aan je sokken? Strooi er dan wat voetpoeder op.
Heb je een grote blaar, dan zit er niks anders op dan ze goed te behandelen om infecties te voorkomen en de pijn te verzachten. Laat een gesloten blaar bij voorkeur dicht en plak ze af met een blarenpleister.
Doorprikken of niet?
Mag je een blaar openprikken? Uitzonderlijk wel, maar enkel als je veel pijn hebt of als er zoveel vocht in de blaar zit dat er net meer druk ontstaat. Ga dan wel schoon en secuur te werk.
In het algemeen is het het best om een blaar niet te doorprikken, maar gewoon te laten opdrogen. Helaas is dat tijdens het wandelen niet altijd een optie. De blaar kan door de wrijving alsnog stukgaan en infecteren.
Hoe prik ik een blaar veilig door?
Grote blaren kan je het best doorprikken met een naald. Was altijd eerst je handen en steriliseer de naald, bij voorkeur met alcohol. Heb je geen alcohol bij je, dan werkt vuur ook. Maar houd je naald dan in het blauwe gedeelte van de vlam. Geel vuur bevat roetdeeltjes die net een ontsteking kunnen veroorzaken. Ontsmet de blaar en prik ze daarna op één plek door. Je wil de rest van je huid heel houden, zodat de kwetsbare huid beschermd blijft. Laat het vocht eruit lopen in een schoon doekje. Blijft er toch nog wat vocht achter en krijg je het er moeilijk volledig uit? Pas dan kan je een tweede gaatje prikken. Plak af met een blarenpleister en you’re good to go!
Hoe verzorg ik open blaren?
Als je een open blaar hebt, reinig de wonde dan eerst goed met water en ontsmet ze daarna. Knip de losgekomen huid weg met een fijn schaartje, zodat je een gave wondrand krijgt. Dek gedurende een paar dagen af met een steriel verband of beschermende wondpleister. Verwijder het verband wel steeds voor het slapengaan, zodat de wond kan ademen.
Heb je toch een blaar opgelopen? Geen nood, zoals je hierboven al kon lezen kan je met een blaar prima kilometers maken, zolang je ze goed verzorgt. Breng Anti-blaar Sporttape aan voordat je aan je wandeling begint om extra blaren te voorkomen. Tijdens je tocht kan je een Anti-Blister Spray gebruiken om je voeten even te verfrissen en je huid te reinigen. Daarna kan je een (nieuwe) blarenpleister aanbrengen, mocht dat nodig zijn. Deze gladde tweede huid werkt ook nog eens pijnstillend. Haal deze items dus best nu al in huis om te (blijven) wandelen: