Trainen voor een triatlon: onze tips & tricks

Of je nu gaat voor een sprinttriatlon of van een Ironman droomt: triatlon is meer dan een sport alleen. Het zorgt voor variatie in je trainingen, geeft je de kick om drie sporten op één dag te combineren en laat je de steun voelen van een community die je tot aan de finish draagt. Figuurlijk dan. Maar vergis je niet: de voorbereiding vraagt veel tijd en energie, en zorgt voor een paar harde lessen onderweg. Gelukkig delen onze collega’s Brenda, Jan, Lars en Nick hun gouden tips, zodat jij je straks helemaal klaar voelt voor je volgende uitdaging.

Brenda: “In de wisselzone zie je fietsen die meer kosten dan een gemiddelde gezinswagen. Dat kan intimiderend zijn, maar laat je niet gek maken: uiteindelijk is het de atleet erop die de kilometers moet doen. Je wint geen wedstrijd op carbon alleen. Wie trouw blijft aan zijn trainingen en slim omgaat met zijn materiaal, mag zich veel sterker voelen op de wedstrijddag dan iemand die enkel z’n blinkende spullen meebrengt.”

Lars: “Een sporthorloge is absoluut geen luxe. Je hoeft zoals we zeggen niet vanaf dag één te investeren in de allerbeste fiets en de duurste wetsuit. Maar een sporthorloge, dat is die overweging zeker waard. Niet elk horloge heeft een functie waarmee je trainingen voor triatlons kan instellen, dus check dat even op voorhand. Tijdens de training helpt het je tempo en herstel te sturen, en ook tijdens de race kan je zo makkelijk het overzicht houden. “

Brenda: “Een triatlon is duur genoeg. Een basiscursus fietsmechanica kan je honderden euro’s onderhoud besparen. Zelf je ketting vervangen, remmen afstellen of een lekke band herstellen, geeft niet alleen meer vertrouwen, maar ook rust tijdens de race. Je weet dat je nooit machteloos langs de weg zal staan als het eens, bijna onvermijdelijk, tegenzit.”

Brenda en Jan: “Een gelletje kan je favoriete go-to snack zijn, tot je maag er plots genoeg van heeft. Leg daarom altijd alternatieven klaar in de wisselzones: een wafel, snoepjes, een blikje cola. Train met plan A, maar voorzie ook een plan B en C. Want uitvallen omdat je niets meer kan eten, is een nachtmerrie die je makkelijk kan vermijden door aan alternatieven te denken.”

Brenda: “De dag voor een triatlon is een logistieke uitdaging: fiets inchecken, startnummer ophalen, briefing volgen, transitiezones verkennen … Het geheim? Plannen, plannen, plannen: stippel die dag heel goed uit en zorg dat je genoeg tijd rekent voor het verkennen van het parcours en het lezen van het wedstrijdreglement bijvoorbeeld. Doe je je triatlon op verplaatsing? Hou de toeristische uitstappen dan voor de dagen nadien.”

Jan: “Te los en hij schuurt, te strak en je voelt je claustrofobisch: de juiste trisuit is goud waard. Een goed model voelt bijna als een tweede huid, ook na uren zweten en bewegen. Test ‘m uitvoerig nat én droog, zodat je zeker niet voor verrassingen komt te staan tijdens het zwemmen.”

Jan: “In het water, op de fiets of tijdens het lopen: tijdens de zomer krijg je tijdens alle disciplines wel eens te maken met een brandend zonnetje. Een sportzonnebril beschermt je ogen op de fiets en tijdens het lopen, een pet houdt je koel wanneer de hitte toeslaat, en zonnecrème voorkomt dat je wedstrijd eindigt met rode schouders of een verbrande nek. En omdat je voor zo’n lange tijd blootgesteld wordt aan de zon, maakt een hoge SPF echt het verschil.”

Lars: “Je kan nog zo goed getraind zijn: zonder de juiste schoenen wordt elk parcours een strijd. Schoenen die niet passen, bezorgen blaren of pijn en halen het plezier uit je inspanning. Daarom: neem de tijd om te passen en te testen, en kies een model dat écht bij jouw voeten past. Zo ga je comfortabeler én verder.“

Brenda en Nick: “Een triatlon is een aanslag op je huid: chloorwater droogt uit, zout water schuurt, en lange uren in een wetsuit of sportbh zorgen voor wrijving op plekken waar je het niet wil. Gelukkig kan je jezelf wapenen met mini’s. Een klein potje vaseline voorkomt schuurplekken, een potje hydraterende crème houdt je huid zacht en neem steeds een busje herstellende shampoo mee naar je trainingen in het zwembad. Dit heilige trio past met gemak in je sporttas, en het weerhoudt je van onnodige pijn en frustratie.”

Brenda: “Wind tegen, regen in je gezicht, lopen in de brandende zon: het hoort erbij. De tip van Matthieu Bonne klopt echt: maak je trainingen zwaar, zodat je wedstrijd lichter voelt. Het is verleidelijk om je trainingen binnen te doen als het buiten pijpenstelen regent, maar op de dag van de wedstrijd is dat geen optie. Wees voorbereid op het ergste!”

Lars: “Een triatlon start kan chaotisch zijn: ellebogen in je dijen, schoppen onder water, verwarrende wisselstukken. Oefen daarom wedstrijdsituaties, zoals het water induiken met anderen, of wisselen tussen onderdelen. Hoe vertrouwder je bent met dat gevoel, hoe rustiger je blijft in de hectiek.”

Nick: “Zwemmen in blokjes van 100 of 200 meter helpt om conditie te kweken, maar train ook langere afstanden voor vertrouwen. Tijdens de wedstrijd is de grootste valkuil te snel starten. Hou altijd je eigen ritme vast, de adrenaline doet al genoeg.”

Brenda: “Een zwembad is fijn en vertrouwd, maar in een meer of kanaal voelt alles anders. Zwem met een boei voor veiligheid, wen aan de golven en de drukte, en ontdek dat je ook schoppen of een elleboog te verwerken krijgt. Hoe meer je dat geoefend hebt, hoe relaxter je in de race bent.”

Nick: “Of je nu zwemt, fietst of loopt: het zwaarste moment komt meestal halverwege. Net dan is mentaal doorbijten cruciaal. Blijf focussen op kleine doelen: de volgende boei, de volgende kilometeraanduiding... Zo maak je van een gigantische berg een reeks haalbare heuvels.”